Wie was 'den beruchten Utrechtschen schoolmeester Simon de Vries'? Tot nu toe kon niemand daar een bevredigend antwoord op geven. Reeds in de achttiende eeuw was het leven van deze zeventiende-eeuwse auteur van minstens 57 titels in nevelen gehuld. Een groot deel van zijn oeuvre bestaat uit 'Reader's-digest-achtige' compilatiebundels waarin de zeventiende-eeuwse lezer antwoord kreeg op tal van vragen: Hoe zien mensen eruit na de wederopstanding? Lopen er mannetjes op de maan? Wat is een Grobianus? Kan er vlees uit de aarde groeien? Welk land herbergt de meeste schoenmakers? Waarom hebben de vrouwen in Nieuw-Guinea zulke grote neusgaten? In zekere zin is De Vries te beschouwen als een voorloper van achttiende-eeuwse verlichte broodschrijvers als Gerrit Paape en Jacob Campo Weyerman. Toch was deze voorstander van heksenverbrandingen bepaald geen verlicht auteur. Hij leefde dan ook in een andere tijd en schreef voor een ander lezerspubliek. In 1691 nam hij de handschoen op tegen Balthasar Bekker en zijn omstreden boek De betoverde weereld waarin het geloof in heksen en duivels werd bestreden. Door zijn venijnige aanval op Bekker lijkt De Vries zich bij het nageslacht voorgoed onmogelijk te hebben gemaakt. De latere achttiende-eeuwse auteurs van populaire lectuur wensten niet met zijn naam te worden verbonden. Hij werd door hen gekarikaturiseerd als een bijgelovig schrijver van ouderwetse pulplectuur. Toch had deze schrijver nog wel wat meer in zijn mars. In deze studie wordt onder andere uitvoerig ingegaan op de levensomstandigheden waarin De Vries verkeerde, zijn denkbeelden, zijn contacten met uitgevers, zijn conflict met Balthasar Bekker, het lezerspubliek van De Vries' boeken en de receptie van zijn werk in de zeventiende en achttiende eeuw. Met dit boek treedt eindelijk de geheimzinnige 'Utrechtse schoolmeester' in het volle licht. De lezer maakt hierin kennis met een geheel ander type auteur als Hooft, Vondel, Huygens of Cats; en met teksten van een geheel andere aard dan die doorgaans uit de 'Renaissance' worden verwacht.